De Dochter van de Tamboer-majoor (2005)
Het verhaal speelt in 1800 tijdens de tweede veldtocht van Napoleon Bonaparte tegen het noordelijk deel van Italië. Een gebied dat op dat moment in handen is van de Oostenrijkse Habsburgers. De geprotectioneerde adel heeft er alle belang bij de Oostenrijkers te steunen maar het gewone volk voelt wel wat voor de “Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap”-idealen van de Fransen. Tegen deze historische achtergrond volgen wij de Tamboer-majoor Monthabor op zoek naar zijn dochter, door de librettisten Alfred Duru en Henri Chivot nog doorweven met de escapades van de marketentster Claudine met de ijverige Griolet en de “love-story” van luitenant Robert en Stella.
1ste bedrijf – In een kloostertuin
Moeder overste en haar medezusters houden toezicht op de hun toevertrouwde meisjes. Plotseling wordt de betrekkelijke rust van het klooster verbroken door de komst van een detachement Franse soldaten. Nonnen en meisjes vluchten weg, maar men vergeet Stella, die voor straf opgesloten zit. De soldaten zijn hongerig en dorstig. Zelfs de marketentster Claudine kan aan de vraag met voldoen, haar voorraad wijn is uitgeput. De inmiddels “bevrijde” Stella weet wel waar in het klooster nog iets eet- en drinkbaars te vinden is en onder de deskundige leiding van Monthabor komt er een heerlijke maaltijd op tafel. Claudine, helemaal “weg” van Robert, ziet dat deze veel belangstelling heeft voor Stella en dat zint haar niet. Griolet doet op zijn beurt alle moeite Claudine voor zich te winnen, hij is zelfs bezig een nieuw uniformpje voor haar te maken.
Intussen is Stella’s vader, de hertog Della Volta, in gezelschap van de markies Bambini bij het klooster gearriveerd. Hij is gekomen om Stella op te halen, ten einde haar aan deze markies uit te huwelijken, om hierdoor zijn eigen wat wankele geldelijke positie wat meer ruggengraat te geven. Stella wil niet, maar dit keer wint het vaderlijke gezag het nog en in gezelschap van haar vader en de markies, verlaat zij het klooster.
2de bedrijf – In het paleis van de hertog Della Volta
Alhoewel de berichten over de naderende Franse legers onheilspellend zijn, is er voor de hertog en zijn vrouw maar een ding belangrijk. Hun weerspannige dochter Stella moet en zal Bambini huwen, zij weigert echter pertinent.
De voorbereidingen voor het feest van die avond worden echter verbroken door de komst van een aantal Fransen met een inkwartieringsbevel. Nou een plaatsje onder de hanenbalken is er nog wel voor hen.
Dan komt Monthabor in actie. Hij heeft inmiddels in de hertogin zijn eigen vrouw herkend en omdat zij dit natuurlijk verborgen wil houden ligt een charmante chantage voor hen voor het grijpen. Het resultaat: De beste vertrekken en een uitnodiging voor het feest.
Bovendien heeft het lot nog een verrassing voor Monthabor in petto. Stella blijkt zijn eigen dochter te zijn, die uiteindelijk niets liever wil dan bij haar vader blijven.
Het feit dat Griolet inmiddels het uniform van Claudine gereed heeft, brengt Stella op een geweldig idee! Als het feest in volle gang is, meldt Stella zich in marketentster uniform; De waarheid van de dochter van de Tamboer-majoor komt nu toch aan het licht, en in het tumult dat ontstaat, vluchten de Fransen met Claudine en Stella.
3de bedrijf – 1ste tafereel – In de herberg van Clampas
Tijdens de ontsnapping zijn onze hoofdpersonen uit elkaar geraakt. Wij treffen Claudine en Robert in Milaan aan, in de herberg van Clampas. Een man die met de Fransen sympathiseert en een soort ondergrondse op touw heeft gezet. Hij helpt Claudine aan een onderduikadres, van waaruit het eenvoudiger zal zijn het zwaar bewaakte Milaan te ontvluchten. De hertog heeft inmiddels niet stilgezeten en is op zoek gegaan naar zijn dochter. Hij wacht in dezelfde herberg, met zijn vrouw, op een vrijgeleide van de gouverneur, waarvoor Bambini toegezegd heeft te zorgen. Het bewuste papier heeft Bambmi nog niet bij zich maar wel duikt er een abt op met zijn confrater wiens komst ook al verwacht werd.
Al snel blijkt dat Monthabor en Griolet zich door een list van deze klerikale vermomming hebben voorzien, terwijl het pittige koetsiertje niemand minder is dan Stella.
De kippige hertog, zonder zijn inmiddels gepikte lorgnet, heeft het drietal niet herkend. Wel krijgt hij een ontroerend verhaal opgedist over de mogelijke verblijfplaats van Stella. Als hij het juiste adres wil weten raakt Monthabor in verwarring, maar het toeval komt hem te hulp. Op een kist, ziet hij een adres staan en geeft dat maar op, niet wetende dat juist op dat adres Claudine is aangeland. Als Robert zich bij hen voegt en men zich realiseert wat er eigenlijk aan de hand is, moet Monthabor nogmaals een chantagetruc toepassen en hij weet inderdaad de hertogin zover te krijgen, dat zij het vrijgeleidedocument uit handen geeft.
Dan wordt Robert gearresteerd en de hertog heeft eindelijk zijn plannetje rond. Hij zal Robert vrijlaten, maar alleen als Stella genegen is met Bambini te trouwen. Hij verkeert in de veronderstelling dat de marketentster, die hij heeft laten aanhouden, Stella is. Maar helaas, het is Claudine.
3de bedrijf – 2de tafereel – Op een plaats in Milaan
De menigte op een plein in Milaan is in afwachting van de bruiloftstoet. Onder hen de inmiddels vrijgelaten Robert, vast van plan het huwelijk tegen te houden. Als de stoet nadert springt hij naar voren maar de bruid blijkt Claudine te zijn. De hertog en Bambini zijn razend en men wil Robert en Claudine molesteren. Clampas met zijn makkers staan op het punt gewapend tussen beiden te komen maar dan klinkt plotseling marsmuziek de Fransen zijn in aantocht.
De hertog kiest eieren voor zijn geld, Robert kan Stella in zijn armen sluiten, Claudine houdt het dan toch maar op Griolet en de arme Bambini zal op zoek moeten naar een andere bruid. De gelukkigste man is natuurlijk onze Tamboer-majoor Monthabor, uiteindelijk heeft hij zijn dochter en zijn vrouw teruggevonden.
Componist: Jacques Offenbach
Teksten: Alfred Duru en Henri Chivot
Oorspronkelijke titel: La fille du tambour-major
Première: 13 december 1879, Théatre des Folies-Dramatiques, Parijs
Plaats van handeling: Milaan, Italië, 1880
Uitvoering door EDOG: 4 en 5 maart 2005, Diemer Operette Theater (Sporthal), Diemen.
Rolverdeling | |||
---|---|---|---|
Monthabor, tamboer-majoor | Erik Damman | Robert, luitenant | Edwin van Grasstek |
Hertog Della Volta | Simon van Hoorn | Griolet, tamboer | Martin Buys |
Markies Bambini | Udo Meinders | Clampas, herbergier | Ben Putter |
Gregorio, tuinman | Johan Vrijhoef | Lakei | Henk Schuurman |
Zerbinelle, edelman | Henk Lakerveld | Del Ponto, notaris | Ab Nieuwolt |
Stella | Sandra Lakerveld | Hertogin Della Volta | Yvonne van der Zalm |
Claudine, marketenster | Daphne ten Kroode | Moeder Overste | Leny Bruins |
Fransisca, kostschoolmeisje | Sonja Denekamp | Lorenza, kostschoolmeisje | Romane Schook |
Productie | |||
Regie en algehele leiding | Rinus Buys | Repetitor | Hein Franssen |
Dirigent | Rutger van Leyden | Orkest | Leiderdorps kamerorkest |
Bestuur | |||
Voorzitter | Marianne Stam | Vice-voorzitter | Jannie Hofman |
Secretaris | Dini Knies | Penningmeester | Herman Pluister |
Public relations | Hans van Oort | Techniek en contracten | Rens Tas |