Wat er allemaal niet kan gebeuren als de oberkelner verliefd is op zijn waardin, terwijl zij een oogje heeft op een elk jaar terugkomende advocaat die gemengd is in een patentenproces tussen twee elkaar beconcurrerende hansoppen-fabrikanten (de een met knoopjes van voren, de ander met knoopjes van achteren) en die verliefd wordt op de dochter van de tegenpartij, houdt u niet voor mogelijk.
Het is 2009: in het beroemde hotel “Weisses Rössl” am Wolfgangsee is het eurotijdperk begonnen. Nog steeds komen er gasten, vanuit heel Europa, hun vakantie vieren. Het heeft een unieke ligging, direct aan de oever van het meer, en u kunt genieten van het prachtige uitzicht op de omliggende bergen.
Terug naar 1909: we ontmoeten de eigenaresse, Josepha, en haar oberkelner Leopold. Josepha is al een paar jaar weduwe en er zijn nogal wat mannen die graag mede-eigenaar van haar hotel zouden willen worden.
Soms is daar liefde in het spel. Leopold houdt zielsveel van Josepha en vertelt het haar ook regelmatig. Zij houdt de boot echter af, ze wil zekerheid en die denkt ze te vinden bij een vaste gast Dr. Otto Siedler uit Berlijn.
Op een dag komen, uit Berlijn, de fabrikant Giesecke en zijn dochter Ottilie aan. En zie, daar is Dr. Siedler ook, die ziet direct Ottilie. Weg kans voor Josepha.
De geschiedenis speelt zich af in het plaatsje Sankt Wolfgang am Wolfgangsee, vóór de eerste wereldoorlog. Leopold, de oberkelner van het hotel “Im Weissen Rössl” is wanhopig verliefd op zijn bazin, de waardin Josepha Vogelhuber. Zij echter ziet met kloppend hart de komst van Dr. Siedler tegemoet, die regelmatig in het hotel zijn intrek neemt. Leopold probeert op allerlei manieren te voorkomen dat Josepha en Siedler nader tot elkaar komen.
Hij maakt het daarbij zo bont, dat hij ontslagen wordt. Jospeha ziet zich echter gedwongen hem weer in dienst te nemen, want Keizer Franz Joseph heeft zijn bezoek aangekondigd om het schutterfeest bij te wonen. Dat gaat hem overigens niet al te best af. De Keizer zorgt er tenslotte persoonlijk voor dat Josepha en Leopold een paar worden, terwijl Ziedler zich maar al te graag met Ottilie, de dochter van de fabrikant Giesecke, verlooft.
Verder maakt een schat van bekende melodieën deze operette tot één van de successen.
Wat er allemaal niet kan gebeuren als de oberkelner verliefd is op zijn waardin, terwijl zij een oogje heeft op een elk jaar terugkomende advocaat die gemengd is in een patentenproces tussen twee elkaar beconcurrerende hansoppen-fabrikanten (de een met knoopjes van voren, de ander met knoopjes van achteren) en die verliefd wordt op de dochter van de tegenpartij, houdt u niet voor mogelijk.
Als dan ook nog Zijne Majesteit zich aandient voor het schuttersfeest, loopt het de alles regelende oberkelner finaal uit de hand. Ontslag volgt. Toch komt er door een Keizerlijke raadgeving een wending ten goede, dat zult u zien “Im Weiss’n Rössl am Wolfgangsee”.
Algemeen
Componist
Ralph Benatzky
Teksten
Ralph Benatzky, Hans Müller-Einigen en Erik Charell
Première
8 november 1930, Großen Schauspielhaus, Berlijn
Originele titel
Im Weißen Rößl
Plaats van handeling
Sankt Wolfgang am Wolfgangsee, Oostenrijk, 1909
Uitvoering door EDOG
23 februari 1980, Diemer Operette Theater (Sporthal), Diemen.
Rolverdeling
Josepha Vogelhuber, waardin
Ada Rozema
Leopold Brandmeyer, oberkelner
Koos Moens
Wilhelm Giesecke, fabrikant
Rinus Buys
Ottilie, zijn dochter
Rie de Ruyter
Dr. Otto Siedler, advocaat
Ruud Saan
Prof. dr. Hinzelmann
Cor Tuininga
Klärchen, zijn dochter
Aafke van de Riet
Sigismund Sülsheimer
Hans Hemelaar
Kaizer Franz Joseph
Herman Zondervan
Bruidegom
Freek Meijer
Bruid
Corrie Bussink
Juffrouw Weghalter
Gea Tas
Een reisgids
Gerard Tebeek
Ketterl
Gerard Tebeek
De leraar
Freek Meijer
De piccolo
Wil Quaars
Käthie, brievenbestelster
Rie Does
Burgermeester
Frans Post
Zenzi
Marja ten Brink
Productie
In scène zetting
Harmen Zondervan
Repetitor
André van Eunen
Dirigent
André van Eunen
Orkest
Intermezzo Orkest (Diemer Harmonie)
Koorbewegingen
Rinus Buys
Decorbouw
Rens Tas, Uulke Dijkstra, Ruud Saan, Somin van den Horst