Boccaccio (2001)

2001 flyerDe operette Boccaccio is ontleend uit de Decamerone, een aantal vrijmoedige verhalen, door Giovanni Boccaccio in 1348 geschreven.

Met Boccaccio heeft Franz von Suppé een meesterwerk geschapen dat zich op het grensgebied van de operette en de komische opera beweegt. Schitterende ensembles, melodieuze liederen en onvervalste walsen verdringen elkaar als het ware om de aandacht van de toehoorders op te eisen.

Eerste bedrijf – Kerkplein voor de Santa Maria Novella kerk in Florence, 24 juni 1331

De student Leonetto wordt in een romantisch samenzijn met Beatrice gestoord wanneer haar man, de barbier Scalza; onverwacht thuiskomt. Dank zij de dichter Boccaccio, die als afleidingsmanoeuvre een vechtpartij ontketent, kan Leonetto zich uit de voeten maken.

Boccaccio’s grote liefde is Fiametta, de pleegdochter van Lambertuccio en Petronella, die regelmatig van een onbekende een grote som geld ontvangen voor haar opvoeding.

Een van de enthousiaste lezers van Boccaccio’s novellen, prins Pietro van Palermo, krijgt eindelijk de gelegenheid met de dichter kennis te maken. Boccaccio stelt de prins een paar avontuurtjes, zoals die in zijn boeken staan beschreven, in het vooruitzicht.

Het gelukt Boccaccio, als bedelaar vermomd, met Fiametta te praten en haar zijn liefde te verklaren. Intussen besluiten Scalza, de kuiper Lotteringhi, de kruidenverkoper Lambertuccio en andere burgers iets te ondernemen tegen Boccaccio, wiens aanstootgevende verhalen de vrouwen het hoofd op hol brengen. Helaas houden ze prins Pietro, die juist op het punt staat een avontuurtje met Lotteringhi’s vrouw Isabella te beginnen, voor Boccaccio, zodat deze een flink pak slaag oploopt. Wanneer de prins herkend wordt, koelen de mannen hun woede op Boccaccio boeken; zij worden aan de vlammen prijsgegeven.

Tweede bedrijf – Het plein voor de huizen van Lotteringhi en Lambertuccio

Prins Pietro maakt Isabella’s man wijs dat hij een vat van hem wil kopen en krijgt zodoende gelegenheid het nauwelijks begonnen avontuurtje voort te zetten. Boccaccio, ditmaal als boerenjongen verkleed, weet Lambertuccio om de tuin te leiden zodat ook hij met zijn geliefde, Fiametta, kan minnekozen.

Scalza is met een paar medeburgers opnieuw op zoek naar Boccaccio en weer krijgen ze de verkeerde te pakken: de afgezant, van de hertog van Florence, die opdracht heeft Fiametta naar bet hof te brengen.

Derde bedrijf – Rond het hertogelijk paleis

Fiametta blijkt de natuurlijke dochter van de hertog te zijn. Hij was het die voor haar opvoeding heeft betaald. Nu wil hij haar uithuwen aan prins Pietro. Deze echter benoemt Boccaccio niet alleen tot hofdichter maar schenkt hem tenslotte ook Fiametta als vrouw.

Componist: Franz von Suppé

Teksten: Friedrich Zell (als Camillo Walzel) en Richard Genée

Oorspronkelijke titel: Boccaccio

Première: 1 februari 1879, Carltheater, Wenen

Plaats van handeling: Florence, Italië, 1331

Uitvoering door EDOG: 16 en 17 maart 2001, Diemer Operette Theater (Sporthal), Diemen.

Rolverdeling
Boccaccio, schrijver Sebastiaan Brouwer Pietro, prins van Palermo Martin Buys
Scalza, barbier Henk Lakerveld Beactrice, zijn vrouw Carole Fry
Lotteringhi, vatenmaker Erik Damman Isabella, zijn vrouw Yvonne van der Zalm
Lambertuccio, olijvenkweker Germ van Welmbergen Peronella, zijn vrouw Lenie Bruins
Fiametta, hun pleegdochter Angelique Wardenier Leonetta, student Edwin van Grasstek
Checco, bedelaar Ben Putter Boekverkoper Jan Rempt
Hertog van Florence Fred Gast Ceremoniemeester Henk Schuurman
Fresco, hulpje van Lambertuccio Johan van Overbeek Non Jannie Hofman
Kardinaal Arie Bervoets
Productie
Regie Rinus Buys Repetitor Hein Franssen
Dirigent Rutger van Leyden Orkest Het Begeleidingsorkest
Decorbouw Kees Band, Arie Bervoets, Bert Bermon, Rinus Buys, Roel Mooi, Ab Nieuwolt, Jan Rempt, Gerard van Veen, Johan Vrijhoef, Henk de Wit
Choreografie Angelique Wardenier
Bestuur
Voorzitter Marianne Stam Secretaris Dini Knies
Penningmeester Riek Ellenberger 2de penningmeester Willy Visser
Commissaris Jan Rempt Commissaris Joan Gerritsen
Commissaris Bert Bermon